De
kern van ieder menselijk probleem is terug te voeren tot één simpel
gegeven: weerstand. Weerstand tegen de ervaring die er op dat moment
is. Dat is ook een
van de redenen waarom veel therapieen niet werken. Ze werken niet
omdat ze gebaseerd zijn 'op ergens van
af
willen',
'of ergens naar toe willen', dus op weerstand. Wie weerstand biedt
houdt grenzen in stand en daarmee het probleem. Weerstand
bieden in de vorm van controle, ontkenning, of bestrijding is een
mechanisme die de zaak alleen maar erger maakt. Want in feite wijs je
fundamentele delen van jezelf af. Op
het moment dat je één kant van jezelf afwijst splitst je jezelf in
tweeen. Er wordt een denkbeeldige grens getrokken tussen diegene die
ervaart en datgene wat wordt ervaren. Hiermee sluit je de toegang
tot eenheidsbewustzijn af en 'verlies' je je ware natuur. Dit
'verlies' van eenheid zorgt voor een wereld van vaststaande grenzen,
strijd en lijden. Maar
juist als je leeft in een wereld van grenzen en strijd word je
eigenlijk nog maar door één ding gedreven. Het grote verlangen om
die eenheid weer te herstellen, en weer in het onbegrensde gebied
terug te keren .